25 augustus: Workshop Creative Commons en Auteursrecht

Creative Commons en Auteursrecht is een ééndaagse workshop over het gebruik van de Creative Commons licenties (CC-licenties).

Op 18 juni 2004 werden in Amsterdam de Nederlandse versies van de CC-licenties gepubliceerd. Sindsdien blijkt er veel behoefte te zijn aan extra informatie over de mogelijkheden van open content. Het gaat dan om vragen zoals hoe content onder Creative Commons beschikbaar kan worden gesteld, hoe content hergebruikt mag worden, wat de wettelijke basis van de licenties is, hoe leden van collectieve belangenorganisaties het kunnen gebruiken en hoe met open content het commercieel vruchtgebruik van auteursrechtelijk beschermd werk benut kan worden.

De workshop geeft een inleiding in auteursrecht en behandelt de internationale context van copyright en specifieke Nederlandse aandachtspunten. Hierna wordt het gebruik van de verschillende Creative Commons licenties ([attribution = naamsvermelding], [noncommercial = niet commercieel], [no derivative works = geen afgeleid werk] en [share alike = opnieuw delen]) in detail besproken.

In het tweede deel gaan we in op de economische aspecten van closed en open content productie. Enkele sprekers belichten vanuit de praktijk verschillende cases en aan het einde van de dag wordt met de deelnemers een aantal voorbeeld cases uitgewerkt. Deelnemers ontvangen vooraf een reader met achtergrondinformatie en literatuur.

Sprekers op de workshop zijn Dr. Lucie Guibault (docent auteursrecht en intellectueel eigendom, Instituut voor Informatierecht), Johan Pouwelse (Onderzoeker TU Delft naar de toekomst van P2P netwerken), Mr. Jason Meyer (advocaat intellectueel eigendom op het gebied van entertainment bij Bousie advocaten), Paul Keller (Head Public Research, Waag Society) en Syb Groeneveld (Projectmanager Publiek Domein, Stichting Nederland Kennisland).

De workshop Creative Commons en Auteursrecht is gericht op content producenten, content beheerders, programmamakers, media instellingen, juristen, academici en andere professionals die te maken hebben met © auteursrecht. Er is plaats voor maximaal dertig personen.

Achtergrond workshop en programma

Op grond van de Auteurswet verkrijgt iedere auteur een exclusief recht op de verveelvoudiging of openbaarmaking van zijn werken. Maar auteursrecht hoeft niet te betekenen dat het werk achter slot en grendel verdwijnt. Veel auteurs willen niets liever dan dat hun werken gratis of zo ruim mogelijk worden verspreid. Met de Nederlandse vertaling van de Creative Commons licenties kunnen kunstenaars tot en met wetenschappers de nuances aanbrengen in het traditionele copyright die recht doen aan een hedendaagse wijze van creativiteit.

Creative Commons is een initiatief om de distributie en het gebruik van auteursrechtelijk beschermde literatuur, fotografie, muziek, film en wetenschappelijk werk via het internet zoveel mogelijk te stimuleren zonder dat inbreuk wordt gemaakt op het auteursrecht. Waar het traditionele auteursrecht uitgaat van het voorbehouden van alle rechten (‘all rights reserved’), bieden de CC-licenties makers de middelen om potentiële gebruikers aan te moedigen (door bijv. de licentie ‘some rights reserved’ toe te voegen). Via een eenvoudige webapplicatie kunnen makers in enkele stappen één van de CC-licenties aan hun werk toevoegen. Ruim 3 miljoen werken zijn sinds 2003 onder Creative Commons gelicenseerd.

De opkomst van nieuwe technologieën hebben een fundamentele verandering teweeg gebracht in de creatie en distributie van inhoud. Iedereen kan aanbieder zijn en een eigen distributiekanaal openen. De wijze waarop de uitgeverswereld omgaat met Intellectuele Eigendomsrechten loopt achter bij deze ontwikkelingen. Nieuwe aanbieders willen op een flexibeler manier omgaan met hun rechten. De workshop behandelt enkele aspecten van dit nieuwe speelveld.

Hieronder is een overzicht van het programma op 25 augustus weergegeven. Tijdens onderstaande sessies is voldoende tijd gereserveerd voor interactie tussen sprekers en deelnemers. Vooraf aan de workshop kunnen ingeschreven deelnemers voorbeeldcases of aandachtspunten voordragen.


10.00 – 11.30 Introductie in het auteursrecht

Introductie in het auteursrecht met bijzondere aandacht voor productie van content in en voor digitale netwerken. Na een introductie over de internationale context van auteursrecht wordt ingegaan op praktische vragen zoals: Wie wordt gezien als maker van auteursrechtelijk beschermd werk. Zijn er specifieke voorwaarden voor culturele en/of andere non-profit producers/gebruikers. Dit gedeelte wordt verzorgd door Dr. Lucie Guibault (docent auteursrecht en intellectueel eigendom, Instituut voor Informatierecht). Zij is specialist op het terrein van het internationaal en vergeleken auteursrecht en intellectuele eigendomsrecht.


11.45 – 12.45 Introductie Creative Commons

In deze sessie wordt de geschiedenis van open content licenties besproken aan de hand van het Creative Commons project. Er is een uitleg van de verschillende licentievormen en enkele cases voor content worden besproken. Paul Keller (Head Public Research, Waag Society) en Syb Groeneveld (Projectmanager Publiek Domein, Stichting Nederland Kennisland) leiden de sessie.


12.45 – 14.00 Lunch

In het Theatrum Anatomicum wordt een lunch aan de deelnemers aangeboden waarbij er voldoende tijd is om met de andere deelnemers van gedachten te wisselen.

14.00 – 16.00 Economische aspecten van closed en open content productie
Uitleg en discussie over verschillende economische aspecten van de Creative Commons licenties. Hoe kunnen de licenties op een efficiënte manier in bestaande processen (sites) geïntegreerd worden. Met welke auteursrechtelijke beperkingen moeten gebruikers/endusers rekening houden. Johan Pouwelse, softwaretechnologie onderzoeker aan de TU Delft geeft een presentatie over de toekomst van P2P netwerken. Jason Meyer zal vanuit de juridische praktijk van de entertainment industrie het gebruik van closed en open content presenteren.


16.00 – 17.00 Uitwerking business cases

Het laatste uur worden in kleine groepen concrete business cases, die ten dele door de deelnemers zijn aangedragen, uitgewerkt.


17.00 – 18.00 Borrel

Organisatie

Stichting Nederland Kennisland en Waag Society zijn in januari 2004 het project Disc (www.disc.nl) gestart. Disc richt zich op maatschappelijke en culturele organisaties in het publieke domein op internet die aan de slag willen met open source software en open content maar niet zo goed weten waar te beginnen. Op de website van Disc zijn een aantal relevante praktijkervaringen van maatschappelijke en culturele organisaties met open source software en open content uitgewerkt. In juni 2004 heeft Disc in samenwerking met het Instituut voor Informatierecht Creative Commons in Nederland geÔntroduceerd. De licenties zijn via http://nl.creativecommons.org op eenvoudige wijze gratis te koppelen aan auteursrechtelijk beschermd werk.

De workshop vind plaats op Woensdag 25 augustus 2004, 10.00 – 17.00 in het Theatrum Anatomicum, De Waag, Nieuwmarkt, Amsterdam

Aanmelding voor deze workshop kan via info@disc.nl onder vermelding van Workshop Creative Commons & Auteursrecht. Vermeldt in de e-mail je naam, organisatie, functie, (facturering)adres, telefoon en e-mailadres. De kosten per deelnemer zijn €100,- inclusief cursusmateriaal, lunch & borrel. Voor meer informatie kan gebeld worden met 020 5756724.

Disc stimuleert het gebruik van de licenties door belanghebbenden en organiseert daarom bijeenkomsten zoals deze workshop in het kader van de ANMI Summerschool.

Het Amsterdam New Media Institute (ANMI) organiseert kennisuitwisseling op het gebied van nieuwe media door middel van seminars, lezingen en cursussen. Een gedetailleerd programma van alle cursussen en lezingen is te vinden op de website van het ANMI

Workshop Creative Commons en Auteursrecht – Verslag

Verslag van de Workshop Creative Commons en Auteursrecht gehouden in het kader van de ANMI summerschool op 25 augustus 2004 in Theatrum Anatomicum van Waag Society in Amsterdam.

10:00 – 10:15 Paul Keller – Welkomswoord en voorstelronde
Terwijl de laatste gasten binnendruppelen, heet Paul Keller, hoofd public research bij de Waag Society iedereen welkom bij de workshop over Creative Commons en publieke content. De bezoekers krijgen kort de gelegenheid om zich voor te stellen.

10.15 – 11.30 Lucie Guibault – Introductie in het auteursrecht
Lucie Guibault, docent auteursrecht en intellectueel eigendom aan het Instituut voor Informatierecht (IvIR) krijgt het woord. In haar presentatie stelt ze dat er fundamentele dingen zijn veranderd in het digitale tijdperk, zoals de mogelijkheid om perfecte kopieÎn te maken tegen lage reproductiekosten met onbeperkte verspreidingsmogelijkheden. Tegelijkertijd zijn ook de verschillende tussen producenten en consumenten vager geworden. Lucie Guibault laat zien dat het auteursrecht steeds meer verschoven is richting bescherming van de producenten en exploitanten en minder naar dat van de makers. Dit verschil tussen maker en auteursrechthebbende is belangrijk in de Nederlandse juridische context, waarin een onderscheid gemaakt wordt tussen morele rechten van een maker over zijn werk (waarvan hij slechts in zeer beperkte mate afstand kan doen) en exploitatierechten die wel overdraagbaar zijn. Zowel in de V.S. als in Europa is de duur van het auteursrecht steeds verder verlengd, inmiddels is het de duur van het leven van de maker + 70 jaar. In diverse andere landen is dat korter, dus dit creÎert ongelijkheid in de distributiemogelijkheden van intellectueel kapitaal tussen landen. De trends is om die termijn steeds verder op te rekken. De voordelen van de auteursrechtelijke bescherming komen vooral toe aan de grote producenten en zelden aan de makers en de kleine exploitanten.

In de presentatie van Lucie is veel ruimte voor vragen vanuit het publiek, vooral uit de hoek van de contentproducenten. Ingewikkelde cases waarmee makers van content in de praktijk te maken krijgen worden in dit ‘juridisch vragenuurtje’ voorgelegd aan de experts.

Marc Stotijn, die een website voor beroepsmusici en hun specifieke klachten beheert, vraagt of je de teksten die mensen in een forum op jouw site achterlaten ook mag gebruiken voor – bijvoorbeeld – een gedrukte publicatie. Het antwoord is nee, aangezien de maker wel (impliciet) toestemming heeft gegeven voor gebruik op de website, maar niet voor een ander medium. De oplossing zou zijn om op de site een click-through disclaimer te maken waarmee gebruikers de overeenkomst aangaan dat hun postings ook voor andere media gebruikt mogen worden.
Maar wat nu als iemand je werk gebruikt voor een ander doeleind en je bent het er niet mee eens? Bijvoorbeeld jij schrijft/fotografeert iets, publiceert het onder een CC licentie die hergebruik toestaat en een ander neemt het over voor – zeg – een racistische publicatie. Het antwoord is dat je hiertegen wel degelijk bezwaar kunt maken, aangezien dit niet in de ‘geest’ van jouw werk is. Jouw morele eigendomsrecht is van toepassing. In die zin zijn derivative works (afgeleide werken) dus nooit helemaal veilig onder de CC. Het is aan de rechter om te bepalen of het hergebruik binnen de grenzen van de redelijkheid en billijkheid liggen.
Alexandra Koch, theatermaker die op verschillende schrijvers uit diverse landen wil samenbrengen en gezamenlijk aan scenario’s wil laten werken, vraagt zich af wie de eigenaar wordt van zo’n samen tot stand gebracht scenario en onder het auteursrecht van welk land dit valt. Het advies is om de rechten bij een editor te laten berusten. Zo valt de tekst onder Nederlands auteursrecht. Vervolgens kun je wel weer iedere afzonderlijke schrijver het exploitatierecht geven. Ditzelfde geldt voor andere gedeelde werken, zoals wiki’s. Voor scenario’s geldt bovendien dat zij bedoeld zijn om op toneel op te voeren. Dit geldt weer als afgeleid werk. Het is dus handig om je scenario onder een CC licentie te publiceren die afgeleid werk toestaat.

Literatuur:
Auteurscontractenrecht: naar een wettelijke regeling?

11.45 – 12.45 Syb Groeneveld & Paul Keller – Introductie Creative Commons
Na een kleine koffiepauze geven de beide dagvoorzitters Syb Groeneveld en Paul Keller een overzicht van respectievelijk het project DISC waarbinnen de Creative Commons NL valt en de oorsprong van de Creative Commons. Allereerst gaat Syb Groeneveld in vogelvlucht door de geschiedenis van het Nederlandse publieke domein op internet, van De Digitale Stad in 1994 tot aan nu. Stilgestaan wordt bij de ontwikkeling van particulier producentschap en de nieuwe uitdagingen voor zowel omroepen, de multimedia-industrie en de collectieve belangenorganisaties. Huidige projecten zoals Digitale Pioniers en DISC en Archive.org richten zich op het sterk houden van het publieke domein op internet.
Paul Keller neemt over en legt uit dat er voor de Creative Commons al andere vrije licentievormen bestonden (copyleft). Het grote verschil van deze licentievormen en de Creative Commons is dat deze laatste in eenvoudige bewoordingen is opgesteld en een handige kieswijzer heeft, waarmee je in vier vragen kunt kiezen welke licentie je aan je werk wilt geven. Aan Creative Commons kleeft niet zo’n fanatiek geurtje met een hoog nerd-gehalte als bij andere licenties. Aldus is de Creative Commons bij uitstek geschikt voor creatieve producenten.
Creative Commons is in 2002 in de V.S. opgezet door Lawrence Lessig en enkele collega’s aan Harvard Law School. Inmiddels zijn er lokale vertalingen gemaakt in in Japan, Finland, BraziliÎ, Duitsland en Nederland. Bij het woord ‘vertaling’ moet opgemerkt worden dat dit tevens aanpassing betekent aan de specifieke locale rechtscontext. Versie 1.0 van de Creative Commons is in december 2002 gepubliceerd. Versie 2.0 in mei 2004. Versie 2.0 is een vereenvoudigde versie waarin naamsvermelding standaard is opgenomen. Dit heeft het aantal verschillende licentievormen teruggebracht van 11 naar 5.

Literatuur:
Open Content: Wat is het en hoe kun je het gebruiken (Stripboekje)
Free CultureFree Culture by Lawrence Lessig

14.00 – 15.00 Hans Bousie – Nieuwe modellen voor exploitatie
Na een lunch houdt entertainmentadvocaat Hans Bousie van Bousie advocaten zijn verhaal, als enige zonder presentatie. Bousie vertelt dat zijn kantoor al voor het verschijnen van de Creative Commons licenties een 40 pagina’s tellend standaardcontract heeft gemaakt en heeft gepubliceerd onder de BEO (Bousie’s Exploitatie Overeenkomst). Dit contract is gratis van het internet te downloaden. Artiesten (met name muzikanten) en exploitanten (platenlabels en maatschappijen) kunnen dit contract als uitgangspunt voor hun overeenkomst nemen. Dit heeft voordelen: de verhouding tussen artiest en exploitant is veel transparanter geregeld. Zo is er standaard een contracttermijn voor onbepaalde tijd opgenomen in de overeenkomst met 3 maanden opzegtermijn voor beide partijen. Dit voorkomt dat een artiest jarenlang vastzit aan een exploitant, omdat hij een contract heeft ondertekend waarin staat dat hij binnen 3 jaar 4 platen moet maken, waarbij deze termijn steeds maar wordt opgerekt wanneer de artiest om wat voor reden dan ook niet aan zijn verplichting voldoet. Verder ligt het investeringsrisico bij de exploitant.
Het ander voordeel is dat dit contract gratis te gebruiken is. Bousie rekent voor dat hij er ongeveer 200 uren tijd in heeft gestoken, omgerekend zou deze overeenkomst ? 40.000 hebben gekost. Niemand kan dit betalen, daarom geeft Bousie het gratis weg en kunnen partijen bij hem terecht voor verder maatwerk.
Opvallend is Bousie’s kritiek op de standaard naamsvermelding in Creative Commons 2.0. Hijzelf wil dit absoluut niet, omdat hij niet kan instaan voor het geldigheid van de overeenkomst wanneer mensen er zelf in gaan lopen sleutelen. Een groot gebrek in de hedendaagse manier waarop auteursrechten geregeld zijn is dat je bij BUMA/STEMRA alleen als persoon kunt inschrijven, niet als vennootschap. Bousie is kritisch ten aanzien van de stelling van de muziekindustrie dat downloaden de verkoopcijfers doet dalen. Hij noemt een rapport van Forrester waarin onderbouwd wordt dat het internet goed is voor de muziekverkoop. De muziek- en filmindustrie zou er beter aan doen om geld te steken in gedegen onderzoek naar die stelling dan in het aanbrengen van digitale sloten op hun discs (DRM – digital rights management). Dit kost de consument uiteindelijk nog meer. De keuze tussen een legale CD met beperkingen – waardoor hij misschien niet goed afspeelt in de auto – van 21 euro, of een illegale CD zonder beperkingen van 10 euro is dan toch makkelijk gemaakt?

Literatuur:
Bousie’s Exploitatie Overeenkomst
Lees ook de collumns van Hans Bousie op VPRO’s 3voor12

15.00 – 16.00 Johan Pouwelse – De toekomst van peer-to-peer netwerken
Als laatste spreker geeft Delftse post-doc Johan Pouwelse ons een historisch perspectief op het verschijnsel van de peer-to-peer (P2P) netwerken. Nooit eerder was het voor consumenten zo gemakkelijk om muziek, films, beelden en games met elkaar te delen. De eerste generatie P2P netwerken is Napster, met een centrale server waar alle beschikbare mp3-tjes op te vinden zijn, waarna je van een andere gebruiker rechtstreeks kan downloaden. Hierdoor blijkt het echter mogelijk om de makers juridisch aan te pakken en te dwingen de server te sluiten. De tweede generatie (Gnutella) distribueert de lijst met aanbod tussen de gebruikers onderling. Dit ligt juridisch veel gecompliceerder. Met de derde generatie P2P netwerken, zoals KaZaa, bereikt peer-to-peer een enorme omvang. Van KaZaa gaat van 20.000 actieve gebruikers (gebruikers die op dit moment online zijn) in april 2001 naar 3.450.000 in maart 2003. Het zwakke punt van deze generatie P2P programma’s is dat er enorm veel freeloaders zijn: slechts 20 % van de gebruikers deelt daadwerkelijk bestanden met anderen. De allernieuwste ontwikkelingen is Bittorrent. Dit is een protocol dat uploaden (en dus het delen met anderen) verplicht.
Dit alles tot groot verdriet van de entertainmentindustrie. Tot nu toe is al hun moeite om P2P te stoppen op niets uitgelopen. Johan schetst een nogal dreigend toekomstperspectief waarbij producenten en consumenten steeds verder polariseren. Volgens Pouwelse hebben technologische belemmeringen, zoals DRM (Digital Rights Management) en andere pogingen het delen van auteursrechtelijk beschermd materiaal onmogelijk te maken geen zin. Het wordt toch wel gekraakt, en anders keert het zich wel tegen de exploitant, omdat de consument het op een gegeven moment beu wordt dat zijn dure CD-tje niet meer werkt in de autoradio of computer. De enige mogelijkheid is een Big Brother-achtig scenario, waarbij de ISP (Internet Service Provider) aansprakelijk is voor het gedrag van zijn klanten en verplicht kan worden om adresgegevens van deze klanten vrij te geven aan vervolgingsinstanties. Een andere mogelijkheid is dat in Ipv6 de mogelijkheid zit ingebouwd om IP nummers van internetgebruikers te traceren.


Literatuur:
The U.S. Court of Appeals for the Ninth Circuit: opinion in MGM v. Grokster

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.